Kempen | |
Kemp, Kempe(n), Kampf, Kämpfe, Kampf, Kem(p)s, De Kemp(e), (de) Kimpe, Kimpen, Kimps, Lekimpe, Camp(e), Campé, Cam(p)s, Kamp(s), Kampen, Campen(s), Caems, Kump(en), Kum(p)s, Cum(p)s, Compe, Compen(s), Comp(e)s 1. Patroniem uit de Germaanse voornaam 'campo': kamper, vechter. Ook als bijnaam met dezelfde betekenis ontstaan. 1358 Henric Kempenzone - Hulst (Debr. 1969). 2. Het Middelnederlandse kemp(e): bijzit. Bijnaam voor een kempekind: een onecht kind. 3. Kemp is ook een variant van het Middelnederlandse canep: hennep. Bijnaam voor een hennepkweker. 1298 Simon Kempzaet - Kales (Gyss1963). |